De Regeling bezoldiging topfunctionarissen OCW-sectoren (hierna: WNT-regeling Onderwijs) wordt gewijzigd per 1 januari 2016. De belangrijkste wijziging betreft de indeling van onderwijsinstellingen in diverse klassen gebaseerd op de omvang en complexiteit van de onderwijsinstelling.
Vanaf 1 januari 2016 wordt er onderscheid gemaakt in zeven verschillende complexiteitsklassen die gebaseerd zijn op de omvang van de totale baten, het gemiddeld aantal leerlingen en het aantal onderwijssoorten dat bij de instelling aangeboden wordt. Die gegevens worden voor een drietal jaren (voor 2016 zijn dat de jaren 2012 t/m 2014) berekend en gemiddeld.
Per complexiteitsklasse gelden met ingang van 1 januari 2016 de volgende maxima:
Klasse | Bezoldigingsmaximum |
A (4 complexiteitspunten) | € 106.000 |
B (5-6 complexiteitspunten) | € 117.000 |
C (7-8 complexiteitspunten) | € 128.000 |
D (9-12 complexiteitspunten) | € 140.000 |
E (13-15 complexiteitspunten) | € 152.000 |
F (16-17 complexiteitspunten) | € 164.000 |
G (18-20 complexiteitspunten) | € 179.000 |
Het aantal complexiteitspunten dat aan een school of onderwijsinstelling wordt toegekend wordt zoals gezegd bepaald door de totale baten, het gemiddeld aantal leerlingen en het aantal onderwijssoorten. Deze tabellen zien er als volgt uit:
Gemiddelde totale baten (in €) | Aantal complexiteits- punten |
0 tot 5 miljoen | 2 |
5 tot 25 miljoen | 4 |
25 tot 75 miljoen | 6 |
75 tot 125 miljoen | 8 |
125 tot 200 miljoen | 9 |
200 miljoen en meer | 10 |
Gemiddeld aantal leerlingen | Aantal complexiteits- punten |
1 tot 1.500 | 1 |
1.500 tot 2.500 | 2 |
2.500 tot 10.000 | 3 |
10.000 tot 20.000 | 4 |
20.000 en meer | 5 |
Gewogen aantal onderwijssoorten | Aantal complexiteits- punten |
1 | 1 |
2 | 2 |
3 | 3 |
4 | 4 |
5 en meer | 5 |
Daarbij geldt voor de complexiteitspunten van de onderwijssoorten, dat deze voor de meeste onderwijsinstellingen in het MBO en HBO met twee vermenigvuldigd mogen worden. In het WO is de vermenigvuldigingsfactor voor de meeste instellingen drie.
Tip! Om de gevolgen van de wijzigingen in de WNT-regeling onderwijs in kaart te brengen is het van belang dat u een goed beeld heeft van het aantal complexiteitspunten van uw onderwijsinstelling. Maak deze berekening op korte termijn.
In de WNT-regeling onderwijs zijn twee artikelen opgenomen die een uitzondering bevatten voor de toepassing van de klassenindeling:
Dergelijke verzoeken dienen uiterlijk zes weken voorafgaand aan de periode waarin de hogere bezoldiging in moet gaan ingediend te worden bij de minister en dienen gemotiveerd te zijn, het moet duidelijk zijn voor welke termijn er om een uitzondering wordt verzocht en de verantwoordelijke persoon dient zijn instemming te verlenen op het verzoek.
Tip! Wilt u afwijken van de geldende maxima voor de bezoldiging van de Topfunctionaris in uw onderwijsinstelling? Dien uw goed gemotiveerde verzoek daarvoor dan zo spoedig mogelijk in. Motivatie kan bijvoorbeeld liggen in de bijzondere omstandigheden van uw instelling die om specifieke kwaliteiten van een bestuurder vragen.
Let op! De berekeningen worden gemaakt over oude jaren (T-2, T-3 en T-4). Vooral wanneer uw onderwijsinstelling in de afgelopen jaren autonoom of door een fusie is gegroeid, dan is het van belang dat u de berekening ook maakt over T-1 en het huidige jaar, en op basis daarvan eventueel een gemotiveerd verzoek indient voor toekenning van een hoger bezoldigingsmaximum. Uit de toelichting op de regeling blijkt overigens nog niet of verzoeken van deze aard ook geaccepteerd zullen worden.
De Raad van Toezicht van de onderwijsinstelling is verantwoordelijk voor het vaststellen van de juiste bezoldigingsklasse en het bijbehorende bezoldigingsmaximum. Vervolgens is in de WNT-regeling onderwijs opgenomen dat de onderwijsinstelling in het jaarverslag verantwoording af dient te leggen over de van toepassing zijnde klasse en bezoldiging.
Let op! Het toezichthoudend orgaan is verantwoordelijk voor het vaststellen van de bezoldiging van de topfunctionarissen en dus ook voor het berekenen van de juiste klassenindeling.
De nieuwe maximum bedragen voor de bezoldiging gaan in op 1 januari 2016. Topfunctionarissen die met ingang 2016 worden aangesteld, dienen direct aan de gewijzigde regeling te voldoen. Voor zittende topfunctionarissen geldt mogelijk het overgangsrecht. Dit betreft het algemene overgangsrecht van de WNT. Hierin is opgenomen dat indien de zittende topfunctionaris op basis van het nieuwe recht een lagere vergoeding toe zou komen dan op basis van de oude WNT-regeling onderwijs, dit oude hogere, bezoldigingsbedrag voor een periode van maximaal vier jaar gehanteerd mag worden.
Wij adviseren u om de gevolgen van de nieuwe WNT-regeling onderwijs op korte termijn in beeld te brengen en uw besluitvorming omtrent de bezoldiging van de topfunctionarissen bij uw onderwijsinstelling in de notulen van het toezichthoudend orgaan vast te leggen.
Let op! door de diverse wijzigingen in de WNT in de afgelopen jaren, kan er een samenloop ontstaan in diverse overgangsregelingen. Over de gevolgen van de samenloop van verschillende overgangsregelingen kun u meer lezen op de site topinkomens.nl.
Wilt u reageren of meer informatie?